Psalm 2
beter te
leven in afhankelijkheid van God dan opstandig tegen Hem te zijn
André H. Roosma
11 februari 2022
Deze bijzondere Psalm 2 lijkt me in deze tijd weer erg actueel
voor ons. Hij laat zien dat volken en wereldbeheersers wel tegen Hem in opstand
kunnen komen, maar dat onze God JaHUaH1
uiteindelijk toch aan het langste eind trekt.
Hieronder begin ik zoals gebruikelijk met de rijke tekst van deze mooie
Psalm zelf; zowel het Hebreeuwse origineel, als een
nauwkeurige Nederlandse vertaling.
Daarna volgt een korte bespreking, ik geef slechts wat punten
die me opvallen. Ik roep u, als lezer, op om zelf de grote lijn van deze
Psalm te ontdekken door hem vóór en na mijn commentaar enkele keren
rustig door te lezen, en Gods Geest te vragen de actualiteit van de centrale
boodschap ervan goed tot uw hart te laten dóórdringen.
| 1 | Waarom woeden de volken, en bedenken de naties wat leeg is? |
לָ֭מָּה רָגְשׁ֣וּ גוֹיִ֑ם וּ֝לְאֻמִּ֗ים יֶהְגּוּ־רִֽיק׃ |
| 2 |
De koningen van de aarde stellen zich op, en de vorsten
spannen samen tegen JaHUaH, en tegen Zijn Gezalfde, zeggende: | יִ֥תְיַצְּב֨וּ ׀ מַלְכֵי־אֶ֗רֶץ וְרוֹזְנִ֥ים נֽוֹסְדוּ־יָ֑חַד עַל־יְ֝הוָה וְעַל־מְשִׁיחֽוֹ׃ |
| 3 | Laten wij Hun banden verscheuren,
en Hun touwen van ons werpen. |
נְֽ֭נַתְּקָה אֶת־מֽוֹסְרוֹתֵ֑ימוֹ וְנַשְׁלִ֖יכָה מִמֶּ֣נּוּ עֲבֹתֵֽימוֹ׃ |
| |
| 4 | Die in de hemel woont,
zal lachen;
mijn Heer JaHUaH zal hen bespotten. |
יוֹשֵׁ֣ב בַּשָּׁמַ֣יִם יִשְׂחָ֑ק אֲ֝דֹנָ֗י יִלְעַג־לָֽמוֹ׃ |
| 5 | Dan zal Hij tot hen
spreken in Zijn toorn, en in Zijn grimmigheid zal Hij hen angst aanjagen. |
כאָ֤ז יְדַבֵּ֣ר אֵלֵ֣ימוֹ בְאַפּ֑וֹ וּֽבַחֲרוֹנ֥וֹ יְבַהֲלֵֽמוֹ׃ |
| 6 | Ikzelf heb Mijn Koning
gezalfd over Tsion, de berg van Mijn heiligheid. |
וַ֭אֲנִי נָסַ֣כְתִּי מַלְכִּ֑י עַל־צִ֝יּ֗וֹן הַר־קָדְשִֽׁי׃ |
| |
| 7 | Ik zal vertellen van het
besluit: JaHUaH heeft tot Mij gezegd: Mijn Zoon bent U, Ikzelf heb U
deze dag verwekt. |
אֲסַפְּרָ֗ה אֶֽ֫ל חֹ֥ק יְֽהוָ֗ה אָמַ֘ר אֵלַ֥י בְּנִ֥י אַ֑תָּה אֲ֝נִ֗י הַיּ֥וֹם יְלִדְתִּֽיךָ׃ |
| 8 | Vraag Mij, en Ik zal de
volken geven tot Uw erfdeel, en de einden van de aarde tot Uw bezit. | שְׁאַ֤ל מִמֶּ֗נִּי וְאֶתְּנָ֣ה ג֭וֹיִם נַחֲלָתֶ֑ךָ וַ֝אֲחֻזָּתְךָ֗ אַפְסֵי־אָֽרֶץ׃ |
| 9 | U zult hen verpletteren
met een ijzeren scepter; U zult hen in stukken slaan als een
pottenbakkersvat. |
יתְּ֭רֹעֵם בְּשֵׁ֣בֶט בַּרְזֶ֑ל כִּכְלִ֖י יוֹצֵ֣ר תְּנַפְּצֵֽם׃ |
| |
| 10 | Nu dan, koningen,
handel verstandig; laat u gezeggen, rechters van de aarde! | כּוְ֭עַתָּה מְלָכִ֣ים הַשְׂכִּ֑ילוּ הִ֝וָּסְר֗וּ שֹׁ֣פְטֵי אָֽרֶץ׃ |
| 11 | Dien JaHUaH met
vreze,
en verheug u al sidderend. | עִבְד֣וּ אֶת־יְהוָ֣ה בְּיִרְאָ֑ה וְ֝גִ֗ילוּ בִּרְעָדָֽה׃ |
| 12 | Kus de Zoon, opdat Hij
niet toorne, en u onderweg omkomt, wanneer Zijn toorn maar een beetje zou
ontbranden. Welzalig allen, die bij Hem schuilen. | נַשְּׁקוּ־בַ֡ר פֶּן־יֶאֱנַ֤ף ׀ וְתֹ֬אבְדוּ דֶ֗רֶךְ כִּֽי־יִבְעַ֣ר כִּמְעַ֣ט אַפּ֑וֹ אַ֝שְׁרֵ֗י כָּל־ח֥וֹסֵי בֽוֹ׃ |
Psalm 2
In vers 1 vind ik het woord ‘leeg’ (Hebreeuws: רִֽיק - leegte, ijdelheid, wezenlijk eigenlijk niets)
opvallend. Ze denken er zelf heel wat van, maar in feite is het leeg. In deze
tijd zie ik dat ook. Steeds meer mensen, zoals op dit moment bijvoorbeeld
vrachtwagenchauffeurs, hebben het dóór; ze kijken er dwars doorheen...
Dat doet me denken aan wat Paulus schreef in zijn eerste brief aan de
christenen in Korinthe (1 Kor. 1:18 - 2:5): God staat in wijsheid ver boven
ons, mensen.
Destijds in en rond Israël was het zo, en nu ook weer: uiteindelijk is
het het wereldbestuur van de God van de Bijbel, JaHUaH waar men,
eigenmachtig, tegen in opstand komt met zogenaamde eigen wijsheid, eigen
eerzucht.
En dat is dus eigenlijk dwaas en leeg.
En uiteindelijk zal het geen stand houden (vers 4-6).
Vers 7-9 is in feite profetisch geschreven over Jezus. Zijn Koninkrijk
breekt baan en niets zal Hem tegen kunnen houden, omdat Hij wél helemaal
afgestemd is op God de Vader, in al wat Hij onderneemt en doet.
Dát (vers 10-12) zou ook het meest wijze zijn voor al die mensen die zo
graag wereldmacht willen hebben.
Heel mooi en bemoedigend voor een ieder van ons, is het slot,
“Welzalig allen, die bij Hem (de Zoon, Jezus dus) schuilen.”
Al met al zeer relevant in deze tijd, waarin velen zich ook verdrukt of
bedrukt of angstig voelen door de maatregelen rondom ‘het virus’. We mogen
schuilen bij Jezus en bij onze hemelse Vader en Zijn liefde en hoop ontvangen.
Daarop anticiperend mogen we al uitroepen:
Hallelu JaHUaH !
Noten
|
, uitgebreide 
